Opdracht 2:
Bij deze opdracht ga je ontdekken wat jij denkt dat goed en niet goed voelt.
Stap 1: Kies of je dit op papier gaat schrijven of dat je het in word op de computer schrijft.
--> Schrijf alleen op wat jij denkt of wat jij vindt, want dit kun je gebruiken voor opdracht 3.
Stap 2: Beantwoord de vragen en schrijf je antwoorden op.
Vragen:
- Wat heb je nodig om gezond te zijn?
- Wat heb je nodig om gelukkig te zijn?
- Met wie speel je graag?
- Wat doe je als je boos bent?
- Wat maakt jou boos?
- Wat doe je als je blij bent?
- Wat maakt jou blij?
- Kan je overal jezelf zijn?
- Vind je het fijn als je jezelf kan zijn of niet?
- Wat doet een vakantie met je?
- Wat doen je broertjes en zusjes wel eens dat je leuk vindt?
- Wat doen je broertjes en zusjes wel eens dat je niet leuk vindt?
Stap 3: Doe het spel liever dit of liever dat. Schrijf op wat jij kiest.
- Liever elke dag na school op de bank hangen of na school buitenspelen/sporten?
- Liever elke dag pizza of elke dag spaghetti?
- Liever alleen spelen of met een ander?
- Liever heel veel lawaai of helemaal stil?
- Liever elke dag tekenen/knutselen/bordspelletje of op de computer een spel spelen?
- Liever elke dag afspreken met een vriendje/vriendinnetje of nooit afspreken?